Land van herkomst: Engeland
De Engelse Bulldog is een hond met een rijk en complex verleden. De Bulldog stamt af van een oud ras, de Bullenbeisser, een hond van het Mastiff-type die werd gebruikt om wilde dieren te hoeden en aan te vallen in Assyrië, Griekenland, Egypte en Rome. De Bullenbeisser kan verschillende maten hebben. In Engeland werd de originele Bullenbeisser, de grote, gefokt om kleiner te worden. Tijdens het bewind van koning John (13e eeuw) begon hij zijn carrière in het stierenvechten.
Door de jaren heen is deze hond geselecteerd om te vechten. Gelukkig werden stieren- en hondengevechten in 1835 in Engeland verboden en begonnen Bulldog-eigenaren selectief te fokken om de agressievere elementen van het ras te elimineren en een aanhankelijke gezelschapshond te creëren.
Na het verbod op vechten onderging de Engelse bulldog een aanzienlijke transformatie. De American Kennel Club erkende al vroeg, in 1886, dat zij een sleutelrol speelde bij het vaststellen van de rasstandaard, door een hond te promoten die minder agressief was en beter geschikt voor het gezinsleven. Omdat hij een gezelschapshond is geworden, heeft de Engelse bulldog de harten van gezinnen veroverd met zijn beschermende en aanhankelijke temperament.
De Fédération Cynologique Internationale (FCI) erkende dit in 1955 en droeg ook bij aan de erkenning en classificatie van hondenrassen, waaronder molossoïden, de categorie waartoe de Engelse bulldog behoort. De Engelse bulldog is een hond die met de tijd mee is geëvolueerd, van een gevreesde vechter tot een loyale en liefdevolle metgezel.
Het bulldogras wordt zeer gewaardeerd vanwege zijn loyaliteit en beschermende karakter, vooral bij kinderen, waardoor het een geweldige aanvulling is voor elk gezin. De Engelse bulldog heeft aangetoond dat er naast zijn robuuste uiterlijk ook een teder hart en een beschermende ziel schuilt.