Voorkomen is beter dan genezen: dit geldt ook voor de gezondheid van uw kat.
Met andere woorden, u moet weten waar u op moet letten en thuis regelmatig uw katten onderzoeken. Elke maand moet u zorgvuldig uw kat onderzoeken op eventuele tekenen die op een ziekte kunnen wijzen. Vergeet niet dat sommige katten hun pijn en hun kwalen zeer goed kunnen verbergen, dus moet u erg waakzaam zijn. Als u iets ongewoons opmerkt, neem dan contact op met uw dierenarts.
Checklist van de gezondheidstoestand
- Algemene staat - u moet de ribben van uw kat kunnen voelen zonder dat ze zichtbaar zijn. De grootte en de buik moet herkenbaar en te onderscheiden zijn. Let op tekenen van ongewoon gewichtsverlies of -toename.
- Oren - De oren moeten schoon zijn en zonder dik bruin of zwart oorsmeer, en mogen niet stinken.
- Ogen - De ogen moeten helder en schoon zijn en geen roodheid, afscheiding of duidelijke irritatie vertonen. Uw kat mag niet wegvluchten voor licht alsof het pijnlijk is.
- Neus - de neus van uw kat voelt meestal zacht en vochtig aan. Uw kat mag geen lopende neus of korsten in de neusgaten hebben.
- Mond - tanden moeten wit zijn, zonder al te veel tandsteen, en het tandvlees lichtroze of zwart. Zorg ervoor dat uw kat het voedsel niet uitspuugt, niet te veel speeksel produceert, niet probeert iets uit zijn mond te krijgen met zijn klauwen, of geen slechte adem heeft: dit zijn tekenen van gebitsproblemen.
- Huid en vacht - de huid kan roze of zwart zijn, afhankelijk van de pigmenten die normaal in de huid van uw kat zitten. Er mogen geen schilfers, vlooien, kale plekken of irritaties zijn. De vacht moet dik en glanzend, en de haren mogen niet afgebroken zijn.
- Klauwen - ze moeten glad zijn en, als u een binnenhuiskat hebt, moet u ze regelmatig bijknippen om problemen van ingegroeide klauwen te voorkomen.
- Spijsvertering - af en toe een haar of gras uitbraken kan normaal zijn. Maar aanhoudend braken of tekenen van verstikking tijdens de maaltijd moet worden gecontroleerd. Zorg ervoor dat uw kat geen diarree heeft of geconstipeerd is en dat de ontlasting een normale kleur en consistentie heeft.
- Dorst - gezonde katten lijken niet te veel te drinken, vooral als ze natte voeding eten dat rijk is aan water. Buitenkatten drinken vaak buitenshuis. Maar zet altijd een grote kom vers en proper water ter beschikking en in geval uw kat veel begint te drinken, raadpleeg dan uw dierenarts.
- Gedrag - katten die zich niet goed voelen, mijden vaak menselijk contact of handelen agressief. Let vooral goed op, want katten kunnen hun pijn heel goed verbergen.