Chemische versus chirurgische castratie bij de hond

Castratie of sterilisatie is een van de oudste ingrepen die dierenartsen over de hele wereld uitvoeren en een van de het vaakst uitgevoerde ingrepen. Door de reu te castreren, wordt voorkomen dat deze zich voortplant. De meeste hondeneigenaren overwegen castratie voor de gezondheid en het welzijn van hun huisdier. 

Maar wat houden chirurgische en chemische castratie in? En welke procedure moet je kiezen voor de sterilisatie van je hond? Lees verder om meer te weten te komen over deze twee sterilisatiemethoden die sterk van elkaar verschillen, maar allebei even efficiënt zijn.

Waarom een reu castreren?

Naast vaccinaties zijn castraties routineprocedures voor een dierenarts. De dierenarts beslist in overleg met de eigenaar of er een chemische of chirurgische ingreep wordt uitgevoerd. Dit zijn enkele redenen waarom je je pup zou castreren.

• Medische redenen

Iedereen wil een gezond huisdier. Teelbalkanker en prostaataandoeningen kunnen voorkomen worden door castratie. Bovendien verkleint castratie de kans op hormoongerelateerde ziekten zoals peri-anaalkliertumoren. Door je reu te laten castreren kun je dus toe bijdragen dat hem een lang en gezond leven beschoren is.

• Gedragsproblemen oplossen of voorkomen

Testosteron, het mannelijke geslachtshormoon, kan aan de oorzaak liggen van allerlei gedragsproblemen bij reuen, zoals een hoge drang hebben om te zwerven of weg te lopen van huis. Bovendien kan testosteron leiden tot agressie, markeren of seksueel gedrag. Al deze problemen kunnen voorkomen worden door je hond te castreren. Zeker als je meer dan één hond hebt, kan dat bijzonder nuttig zijn.

Zoals al aangegeven heb je twee opties voor de castratie: chemisch of chirurgisch. Laten we eerst eens kijken wat ze allebei inhouden en daarna kun je beslissen wat de beste optie is voor jouw viervoeter.

Wat is chemische castratie bij de hond?

Een chemische castratie is tijdelijk en volledig omkeerbaar. Onder de huid van de hond wordt een hormoonimplantaat ingebracht dat zes of twaalf maanden werkzaam is. Dat implantaat is piepklein, vergelijkbaar met een microchip. De ingreep vereist geen verdoving. Over het algemeen is chemische castratie mogelijk bij honden tussen de 3 en 10 maanden oud.

Het implantaat geeft langzaam een synthetisch hormoon af dat de vruchtbaarheid van de hond onderdrukt. Het is niet nodig het implantaat te laten verwijderen omdat het vanzelf oplost na verloop van tijd. Het verwijderen is echter wel mogelijk, bijvoorbeeld als je je hond toch wil inzetten voor de fok of als hij het implantaat slecht verdraagt.

Voordelen van chemische castratie

• Omkeerbaar.
• Lagere kostprijs.
• Voorkomt gezondheidsproblemen.
• Vereist geen narcose.
• Zeer snelle recuperatie van de ingreep.
• Zeer effectief om ongewenst gedrag te verminderen.
• Voorkomt ongewenste voortplanting.
• Verwijderen niet noodzakelijk.

Nadelen van chemische castratie

• Veroorzaakt blijvende hormonale veranderingen.
• Bijwerkingen mogelijk.
• Niet onmiddellijk effectief.

Mogelijke bijwerkingen

Zoals de meeste procedures kan chemische castratie gepaard gaan met bijwerkingen. Het is niet gezegd dat jouw hond deze met 100 % zekerheid zal ondervinden. Iedere hond is anders en het hangt er maar van af hoe het lichaam van de hond reageert op het implantaat. Toch raden wij aan dat je de mogelijke bijwerkingen hieronder doorneemt om voorbereid te zijn.

• Enige zwelling of roodheid op de injectieplaats, maar dit zou na enkele uren moeten verdwijnen en je hond heeft er normaal niet veel last van.
• Blijvende onvruchtbaarheid. Hoewel dit zelden voorkomt, is er een kleine kans dat de vruchtbaarheid van je hond voorgoed is aangetast.
• Veranderingen van energieniveau en gewichtstoename. Na de ingreep ligt het energieniveau meestal lager, waardoor de hond een aantal kilo's kan bijkomen. Het is belangrijk dat je het activiteitsniveau van je hond in de gaten houdt en ervoor zorgt dat hij voldoende beweging krijgt.
• Vachtveranderingen. Na een chemische castratie wordt de vacht vaak pluiziger, maar dat zou geen belangrijke of merkbare verandering mogen zijn.

Wat is chirurgische castratie bij de hond?

In tegenstelling tot de chemische castratie is de chirurgische castratie onomkeerbaar. Het gaat om een operatie waarbij beide testikels worden verwijderd, zodat je hond zich definitief niet meer kan voortplanten. Het is een routineoperatie, maar ze vereist wel een volledige narcose. De operatie kan pas uitgevoerd wordt als de teelballen neergedaald zijn in het scrotum, wat doorgaans op de leeftijd van 2 maanden het geval is.

Eenmaal thuis moet je constant een oogje in het zeil houden dat je hond zich niet overbelast. Als alles goed gaat, worden de hechtingen na een paar dagen verwijderd en na 1 tot 2 weken is je hond weer helemaal terug op zijn plooi.

Voordelen van chirurgische castratie

• Onomkeerbaar.
• Voorkomt gezondheidsproblemen.
• Zeer effectief om ongewenst gedraging te verminderen.
• Voorkomt ongewenste voortplanting.

Nadelen van chirurgische castratie

• Complicaties tijdens of na de operatie mogelijk.
• Traag herstel.
• Vereist narcose en nazorg.
• Hogere kostprijs, waaronder postoperatieve medicatie.

Mogelijke bijwerkingen

Als je hond kerngezond is, is de kans op ernstige complicaties klein. Maar ook al is de kans erop klein, het is belangrijk dat je beseft dat er complicaties mogelijk zijn. Hieronder vermelden we enkele voorbeelden

• Infecties. Postoperatieve zorg is van cruciaal belang om te voorkomen dat je hond last krijgt van complicaties. Je hond zal waarschijnlijk een kap moeten dragen om te voorkomen dat hij aan zijn wonde likt of dat hij krabt aan geïrriteerde plekken.
• Narcoserisico's. Na het ontwaken uit de narcose kunnen honden last hebben van braken of zelfs een hartstilstand krijgen. Sommige honden zijn op grond van hun ras, ouderdom of gezondheid vatbaarder voor deze problemen. Maar je dierenarts zal er zijn als hij wakker wordt en kan zo nodig hulp bieden.
• Gewichtstoename of maagproblemen. Dit probleem kan zich ook voordoen bij chemische castratie. Daarom moet je na de operatie het voedingspatroon van je hond aanpassen en zijn voedselinname verminderen om gewichtstoename te voorkomen. Als je merkt dat je hond te mager wordt, kun je langzaam aan weer meer voeding geven.
• Zwelling of bloeding van het scrotum. Dit komt vaker voor bij oudere honden of bij honden die overactief zijn na de operatie.

Wat moet je kiezen?

Beide soorten castratie zijn zeer effectief. Of je dus kiest voor de tijdelijke of de permanente oplossing, zal afhangen van je voorkeuren en de behoeften van je hond. Je moet alle voordelen en nadelen tegen elkaar afwegen en je beslissing baseren op wat het beste is voor je hond.

Vergeet niet ook je dierenarts om advies te vragen voor je een beslissing neemt. Hij kan je het beste uitleggen wat elke ingreep precies inhoudt en wat de beste optie is voor jouw situatie.

Meer informatie nodig? Lees hier de antwoorden op enkele van de meest voorkomende vragen over sterilisatie en castreren die hondenbaasjes hebben.