Net als bij de mens kan zwaarlijvigheid ook bij de hond ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid. Honden met overgewicht hebben meer kans op het ontwikkelen van diabetes, hartstoornissen en ademhalingsproblemen …
Overgewicht of obesitas bij honden wordt een steeds groter probleem. Net als bij de mens kan die ziekte ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid van je hond.
Wat is obesitas bij de hond?
Obesitas, oftewel zwaarlijvigheid, is een ziekte waarbij het lichaamsgewicht 15% boven het ideale lichaamsgewicht ligt.
Wat is obesitas bij de hond?
Obesitas, oftewel zwaarlijvigheid, is een ziekte waarbij het lichaamsgewicht 15% boven het ideale lichaamsgewicht ligt.
Oorsprong van obesitas bij de hond
Wanneer de hond meer calorieën opneemt dan hij verbruikt, hoopt zich vetmassa op en dat veroorzaakt overgewicht of obesitas. Verschillende factoren kunnen de gewichtstoename verklaren. Sommige daarvan hebben te maken met de voedselinname, andere niet. Tot de niet-voedingsgebonden oorzaken van obesitas behoort alles wat de energiebehoefte van de hond doet dalen: minder activiteit of over het algemeen gebrek aan lichaamsbeweging, sterilisatie/castratie of leeftijd (de caloriebehoefte neemt af met het ouder worden). Sommige rassen als de labrador-retriever of de cavalier king charles spaniel hebben van nature de neiging aan te dikken. Pas op! Obesitas kan ook veroorzaakt worden door een hormonale aandoening (diabetes, te traag werkende schildklier). Bovendien kunnen bepaalde geneesmiddelen de eetlust aanwakkeren en dus leiden tot gewichtstoename (anti-epileptica, corticosteroïden).
Tot de voedingsgebonden oorzaken van obesitas behoort alles wat te maken heeft met het feit dat de hond te veel calorieën opneemt: onbeperkte beschikbaarheid van voeding of onevenwichtige voeding. Wat vaak uit het oog verloren wordt, is dat snoepjes, die vaak veel vetten of suikers bevatten, ook tot obesitas kunnen leiden. Voor een hond van 10 kg betekent een extra koekje evenveel extra calorieën als een hamburger voor ons!
Gevolgen van obesitas bij de hond
In de eerste plaats moet je weten dat zwaarlijvigheid de levensverwachting van je hond vermindert (met tot wel 2 jaar) en niet bijdraagt tot zijn welzijn. Een zwaarlijvige hond heeft meer kans op bewegingsproblemen, hartproblemen en spijsverteringsproblemen (constipatie en winderigheid), en is ook minder bestand tegen infecties en vatbaarder voor tumoren. Bovendien kan obesitas ademhalings- en hartproblemen bij de hond verergeren. Door het gewicht dat op de gewrichten drukt, zal hij ook meer last hebben van artrose. Tot slot kan zwaarlijvigheid ook ziekten als suikerziekte veroorzaken.
Je hond observeren om te zien of hij overgewicht heeft of niet
Zwaarlijvige honden hebben veel gemeen. Om te beginnen zijn ze 'mooi rond' en op eten belust, maar vooral ... ze raken snel buiten adem, wandelen langzamer en hebben problemen met rennen, ze houden niet van fysieke activiteit en kunnen niet goed tegen de warmte.
Eigenlijk is het heel eenvoudig om te zien of een hond zwaarlijvig is of niet (maar het is moeilijker om het toe te geven). De gewichten van de rasstandaard kunnen een aanwijzing zijn, maar vormen geen vaste regel. Sommige honden zijn groter of kleiner dan de rasstandaard, dat is normaal.
Er is een eenvoudige methode die ook wordt toegepast door dierenartsen, waarbij de vetmassa's op het silhouet van de hond onderzocht worden:
- kijken naar het silhouet van de hond in profiel en van bovenaf: een hond met het ideale gewicht heeft een duidelijke 'taille' en zijn drie laatste ribben zijn zichtbaar. Uiteraard is het ook rasafhankelijk hoe sterk de taille afgetekend is (een windhond heeft bijvoorbeeld een veel smallere taille dan een buldog!);
- aftasting van de ribben, de borstkas en de buik: laat je handen glijden over de borstkas van je hond, zonder druk uit te oefenen. Als je zijn ribben niet voelt, zelfs niet als je erop drukt, is je hond waarschijnlijk zwaarlijvig. Normaal gezien moet je de ribben van je hond kunnen tellen zonder te moeten drukken, en een dun vetlaagje op de ribben voelen. Misschien voel je wel vetrolletjes tussen de dijen, aan de basis van de staart en op de borst van je hond. Ook vetrolletjes wijzen op overgewicht, en in extreme gevallen zelfs op obesitas.
Leer deze methode te gebruiken en pas ze enkele keren toe om te oefenen. Als je hond zwaarlijvig is, zal deze methode goed van pas komen om zijn afslankdieet op te volgen en te weten wanneer hij zijn ideale gewicht heeft bereikt. Als je hond geen overgewicht heeft, heb je nu toch een geoefend oog en zul je het snel merken als hij bijkomt. Om je te helpen de toestand van je hond te beoordelen, stelt Purina een schaalsysteem met foto's ter beschikking (je vindt dit op de website of in je dierenartspraktijk).
Je hond wegen om te zien of hij overgewicht heeft of niet
Hij is niet altijd gemakkelijk om te zien of je hond is bijgekomen, zeker niet als het heel geleidelijk aan gebeurt. Regelmatig wegen, bij de dierenarts of thuis, kan helpen.
Hieronder vind je de gemiddelde gewichtsmarge van de 10 hondenrassen die het meest voorkomen in Frankrijk, dat kan helpen om te zien of je hond kampt met overgewicht of zwaarlijvigheid.
Duitse herder | 28-35 kg |
Golden retriever | 32-37 kg (27-32 kg voor teefjes) |
Cavalier king charles spaniel | 4,4-8,8 kg |
Labrador retriever | 25-36 kg |
Yorkshireterriër | 3-36 kg |
Franse buldog | 6-12 kg |
Mechelse herder | 20-30 kg |
Amerikaanse staffordshireterriër | 11-17 kg |
Epagneul breton | 20-17 kg |
Hoe zorg ik ervoor dat mijn hond afvalt?
Onze tip om ervoor te zorgen dat je hond met obesitas of overgewicht wat extra pondjes kwijtraakt:
Stel een afslankplan op voor je hond.
Eerst moet je bepalen wat ongeveer het ideale gewicht van je hond zou zijn (zijn volwassen gewicht voor de sterilisatie/castratie of zijn gewicht voor hij begon te verdikken of het gewicht volgens de rasstandaard ...). Het afslankregime moet strikt gevolgd worden. Om af te vallen moet je hond 40 tot 60% krijgen van het dagrantsoen dat hij zou krijgen als hij zijn ideale gewicht had. Om op dat niveau te komen, wordt aangeraden zijn dagrantsoen heel geleidelijk, om de 2 tot 3 weken, te verminderen
Bereken hoeveel voeding je hond elke dag zou mogen krijgen en zet die hoeveelheid 's morgens klaar. De hond mag gedurende de hele dag niets anders krijgen dan het dagrantsoen dat die ochtend werd klaargezet.
Als je vindt dat de hoeveelheid voeding die je je hond mag geven, te klein is (en dat zul je ongetwijfeld vinden), geef hem dan speciale voeding voor honden die moeten afvallen (die voeding is vezel- en eiwitrijker, maar vetarmer). Een portie vezelrijke brokjes kan een veel groter volume hebben en toch minder calorieën bevatten.
Om je hond niet uit te hongeren ...
Om te voorkomen dat je hond echt honger heeft, wordt aangeraden groenten toe te voegen aan zijn voeding of natte voeding te gebruiken (zakjes, blikjes, paté ...). Door het vocht in deze voeding heeft je hond de indruk dat er meer eten in zijn eetbak ligt en dat hij meer eten in zijn maag heeft.
Je kunt hem ook meer maaltijden per dag geven: 3 tot 4 maaltijden is ideaal. Let op! Ook als je meer maaltijden geeft, moet de hoeveelheid voedsel per dag dezelfde blijven!
Een laatste trucje is ervoor te zorgen dat je hond langzamer eet. Gebruik je verbeelding om manieren te bedenken waarop je je hond trager kunt doen eten. Zo kan een kleine hond minder snel eten als er gewoon een drinkglas in zijn eetbak staat. Hoe trager hij eet, hoe verzadigder hij zich zal voelen na het eten.
Om de hoeveelheid calorieën per dag te respecteren, mag je hond geen snoepjes meer krijgen. Dat is heel belangrijk. Als je toch absoluut snoepjes wilt geven, gebruik dan caloriearme snoepjes (stukjes appel of groenten) of geef dan brokjes die je afhoudt van zijn dagrantsoen.
Om het afslankdieet van je hond te doen slagen, moet heel je gezin meewerken en de regels volgen. Stel ook je buren en vrienden die je komen bezoeken op de hoogte van de te volgen regels. Houd het silhouet en het gewicht van je hond in de gaten (wegen kan gratis bij je dierenarts). Hij moet afvallen gedurende de hele tijd dat hij op dieet staat (ongeveer 1 tot 2% van zijn gewicht per week).
Zorg ervoor dat je hond beweegt
De lichaamsbeweging zorgt ervoor dat je hond meer energie verbruikt en dat hij geen spiermassa verliest tijdens het dieet. We raden aan geleidelijk aan meer lichaamsbeweging in te bouwen. Je moet niet op de eerste dag ineens een uur gaan joggen met je hond! Laat je hond langzaam wennen aan de lichaamsbeweging. Over het algemeen wordt 30 minuten per dag – of twee keer 15 minuten – snelwandelen aanbevolen. Je kunt ook met je hond gaan zwemmen. Dat is zeker goed als je hond last heeft van pijnlijke gewrichten.
Caloriearme voeding voor honden met obesitas of overgewicht
Als je hond te dik is, kun je hem caloriearme voeding geven die speciaal ontwikkeld is voor honden met overgewicht. Die voeding is minder geconcentreerd en bevat minder vetten. Dan kun je je hond nog altijd evenveel eten geven en krijgt hij nog altijd alle essentiële vitamines en mineralen binnen in de juiste verhouding.
Als je hond weer zijn ideale gewicht bereikt heeft, kun je opnieuw overstappen op normale voeding, hoewel je het misschien voorzichtigheidshalve beter houdt op caloriearme voeding voor de rest van zijn volwassen leven. Caloriearme voedingen zijn ook geschikt voor minder actieve honden, die minder energie moeten opnemen.
Vergeet niet onze algemeen geldende aanbeveling dat je een overgangsperiode moet inbouwen wanneer je de voeding van een dier verandert. Daartoe meng je de oude voeding onder de nieuwe voeding gedurende een week, waarbij je geleidelijk aan steeds meer van de nieuwe voeding en steeds minder van de oude voeding geeft. Zo voorkom je spijsverteringsproblemen bij je hond.
Obesitas voorkomen: je kunt beter voorkomen dat je hond te dik wordt!
Denk erom dat het eenvoudiger is om het dagrantsoen van je hond te verkleinen of over te stappen op lightvoeding dan om een zwaarlijvige hond te doen afvallen. Na de sterilisatie/castratie (om medische redenen of anderszins) of als je hond om een of andere reden minder lichaamsbeweging heeft, dien je het rantsoen van je hond met 20% te verminderen of over te stappen op minder calorierijke voeding (lightvoeding of voeding voor gesteriliseerde/gecastreerde honden).
Geef je hond geen extra's van jouw maaltijd. Vaak is zwaarlijvigheid daaraan te wijten. Als je weet dat een pup met overgewicht een groter risico loopt op obesitas op volwassen leeftijd en dat een stukje kaas voor een pup van 5 kg evenveel betekent als een hele kaas voor een mens, kun je beter van kleins af beginnen te letten op het lichaamsgewicht van je hond.
Natuurlijk mag je nog altijd hondensnoepjes geven om je hond te belonen voor supergoed gedrag of tijdens het trainen. Maar dan moet je er ook aan denken zijn dagrantsoen wat te verlagen en je mag ook niet meer dan één snoepje per dag geven.
Als je hond zijn eetbak niet leegeet, terwijl je toch de aanbevolen hoeveelheid vermeld op de verpakking geeft, moet je je geen zorgen maken als je vindt dat hij te mager is. Bij honden met ondergewicht zijn alle ribben zichtbaar en voel je geen vet op de ribben als je ze aanraakt. Als dat bij jouw hond niet het geval is, heb je gewoon een hond die zijn voedselinname heel goed regelt.
Raadpleeg een dierenarts.
Blijf niet bij de pakken zitten. Er kan iets gedaan worden aan de zwaarlijvigheid van je hond! Er zijn veel mogelijke oplossingen. Ga naar je dierenarts. Hij zal je zeggen of je hond zwaarlijvig is of niet, wat je moet doen en welke voeding het best geschikt is. Het is altijd eenvoudiger het ideale gewicht te bereiken als je opgevolgd wordt en omringd bent! Je dierenarts kan je vragen en twijfels beantwoorden en je advies geven als het moeilijk gaat. Hij zal je ook zeggen wat je moet doen als je hond zijn ideale gewicht bereikt heeft.
Wees geduldig als je je hond op een afslankdieet zet.
Je hond moet geleidelijk aan gewicht verliezen. Dat kan drie tot vier maanden duren en in sommige gevallen zelfs een jaar. Als je hond te snel aan gewicht verliest, zal hij daarna waarschijnlijk opnieuw bijkomen. Wees dus geduldig.