Een puppy leren zijn naam te herkennen en aan de lijn te lopen

Het is belangrijk dat je je nieuwe puppy zodra hij in zijn nieuwe thuis is aangekomen, leert zijn naam te herkennen en er zo snel mogelijk op te reageren. Dat helpt hem te reageren als je hem roept en zo kun je hem beter onder controle houden als er andere honden bij zijn. Een korte naam werkt gemakkelijker. 

Als hij je aankijkt, ga dan op je hurken zitten en roep je puppy naar je toe door uitsluitend zijn naam te zeggen op een neutrale toon, zonder een specifiek commando te geven. Als je pup naar je toe komt, blijf dan zijn naam herhalen en geef hem een beloning.

De leiband – en de manier waarop je hem gebruikt – speelt een essentiële rol in het opbouwen van een goede band met je pup. De leiband symboliseert de band tussen baasje en hond tijdens wandelingen. Je pup moet begrijpen dat een wandeling niet alleen draait om plezier maken, maar dat veiligheid ook een rol speelt. Om dat te bereiken, kun je beginnen met je pup te vragen om te gaan zitten, om hem beter onder controle te houden. Doe hem dan een halsband om en maak er een leiband aan vast. Sta op en blijf stilstaan. Als je pup begint te kronkelen rond de leiband of eraan trekt, reageer dan niet en blijf rustig staan tot de pup ook rustig wordt.

Uiteindelijk zal je pup gaan zitten. Dan moet je hem onmiddellijk belonen. Herhaal deze oefening tot je pup weet dat hij beloond wordt, als hij zich goed gedraagt.

Basishondentraining

Het is belangrijk je pup al van jongs af het verschil te leren tussen 'binnen' en 'buiten'. Die twee plaatsen moeten verbonden zijn met andere activiteiten. Het huis is niet de ideale omgeving om fysiek en dynamisch met je hond te spelen. Trouwens, ook als je pup niet buiten kan wegens het weer of om een andere reden, moet je een manier hebben om hem binnen af te leiden en bezig te houden. Enkele voorbeelden van dingen die je je pup thuis binnen of ergens buiten kunt leren:

• Je kunt je pup leren een eenvoudige taak uit te voeren voor hij te eten krijgt. Kijk je pup aan terwijl je zijn eetbakje vasthoudt en zeg "zit". Als hij gaat zitten, geef je hem zijn eetbakje.
• Je kunt de taak wat moeilijker maken door zijn eetbakje voor hem neer te zetten, maar nog vast te houden, en "wachten" te zeggen. De pup wil beginnen te eten, maar hij moet wachten tot je hem teken geeft. Wacht even terwijl je pup zich concentreert op de taak. Geef hem vervolgens toestemming om te eten door "eet" te zeggen en toe te laten dat hij naar zijn eetbakje gaat. Op die manier zal je pup begrijpen dat jij degene bent die beslist.
• In het park kun je proberen of je hond iets wil apporteren. Gooi de bal of een ander speeltje weg en zeg "apport". Je pup zal zo leren zijn speeltjes te gaan zoeken en naar je toe te brengen. Neem nooit de bal uit de mond van je pup. In plaats daarvan feliciteer je hem gewoon voor het terugbrengen door hem een aai te geven of een ander teken van goedkeuring.

Je pup bijt of knabbelt op dingen

Tijdens de eerste maanden is het normaal dat een pup op dingen knabbelt. Hij kan dat doen omdat zijn tanden doorkomen, omdat hij stress heeft of omdat hij zich verveelt. Het is heel belangrijk dat je dat gedrag van meet af aan probeert af te leren. Je kunt de volgende oplossingen proberen:

• Zorg ervoor dat je pup in zijn mand blijft als jij er niet bent.
• Geef hem iets om te spelen waarop hij kan bijten zonder dat het kwaad kan. Dat zal helpen tegen eventuele verveling.
• Als je ziet dat je hond bijt op iets 'wat niet mag', zeg dan "nee", zodat hij weet dat dat gedrag niet gepast is en geef hem iets waarop hij wel mag kauwen.
• Feliciteer je pup als je ziet dat hij kauwt op een speeltje dat daarvoor dient.

Algemene tips voor de opvoeding van honden

Jij en je pup zullen het samen veel leuker hebben als jullie relatie gebaseerd is op begrip en goed gedrag. Een hond trainen is veel gemakkelijker als het op een leuke manier gebeurt. Door leuk te trainen kun je vanaf het begin een stevige band smeden met je pup en een evenwichtige persoonlijkheid opbouwen, voor een optimale ontwikkeling. Goede trainingspraktijken zullen van je pup een gehoorzame en sociale hond maken. Hierna enkele trucs die je zullen helpen het beste te halen uit de hondentraining:

1. Train op een eenvoudige en leuke manier. Honden hebben een korte aandachtsspanne.
2. Wees geduldig maar vastberaden. Affectie en beloningen zijn de sleutels tot succes bij de hondentraining.
3. Feliciteer en beloon je pup telkens als hij je gehoorzaamt.
4. Stel je pup voor aan de andere personen en dieren in je huishouden. De socialisatie is een essentieel deel van zijn ontwikkeling.
5. Wees consistent. Gebruik consistent dezelfde toon als je tegen je hond spreekt, om zo de consistentie van je commando's te versterken.
6. Geef eenvoudige commando's: "zit", "stop", "voet", "liggen", "buiten", "nee" en "flink zo". Alle gezinsleden moeten dezelfde commando's gebruiken.
7. Ga methodisch te werk. Stel een vaste planning op voor het wandelen, eten, spelen en trainen.
8. Word niet kwaad op je pup. Vastberadenheid tonen is de beste strategie.
9. Straf je pup niet en neem nooit toevlucht tot geweld.
10. Probeer niet hem op korte tijd een groot aantal commando's te leren.
11. Schreeuw niet. Spreek met kordate stem als je pup zich misdraagt.
12. Verander de regels niet, want dan weet hij niet meer wat er van hem verwacht wordt.
13. Stel de beloning of de felicitatie niet uit. Je pup heeft constant signalen nodig om te leren.
14. En vooral, rem zijn socialisatie met andere huisdieren of andere personen niet af. De relatie tussen je pup en je omgeving is een belangrijke succesfactor.